Omgaan met de Wereld - Parasja Wajetse
Een constante uitdaging voor elk mens, en ook voor het Joodse volk als geheel, is hoe men de spirituele dimensie van het leven in evenwicht brengt met wereldse, materialistische activiteiten. Aan de ene kant is er gebed, Tora studie, geestelijke geboden zoals het aansteken van de kaarsen voor Sjabbat en een contemplatieve benadering van het leven. Aan de andere kant zijn er de alledaagse praktische, materiële bezigheden en de meer aardse aspecten van het leven in de dagelijkse wereld.
Een andere versie van deze tweedeling is die tussen het Joodse volk en de andere volkeren. Ook dit is een delicaat evenwicht. Aan de ene kant is er de noodzaak om de joodse identiteit en het unieke karakter van de Joodse waarden en cultuur te behouden; aan de andere kant is er de wens om een nuttige rol te spelen in de samenleving als geheel.
Een passage in de Tora lezing van deze week 1), helpt ons inzicht te geven in de subtiliteit van deze relaties.
Jacob woonde in het huis van zijn afgodische oom Laban. Hij trouwde met de dochters van Laban, Lea en Rachel, en werkte voor zijn oom als een herder. Maar in elke fase probeerde Laban hem te bedriegen. Als gevolg hiervan, waren Jakob en zijn vrouwen vastbesloten om te vertrekken.
Laban en zijn mannen achtervolgden Jacob. Wanneer zij elkaar ontmoeten, scheppen zij een duidelijk grens tussen hen, en richten een stapel stenen op als grens. 2) Het grondgebied van Laban zal ten oosten van de stapel stenen zijn en Jacob's grondgebied ten westen. Zij verklaren dat zij noch hun nakomelingen ooit die de grens zullen oversteken om oorlog te voeren. Rashi geeft als commentaar: "maar ze kunnen oversteken voor zakelijke transacties." 3)
In het chassidische wordt de grens tussen Jacob en Laban gezien als de kloof tussen het heilige en het profane. Dit onderscheid is belangrijk. Men moet duidelijk weten wat staat voor de joodse dimensie van heiligheid, en wat niet.
Maar hier komt een subtiliteit. Het Hebreeuwse woord voor de stapel stenen is "gal". Dit woord betekent ook "onthullen". Er is een grens, maar soms, met zorg, passeert men de grens. Het doel daarbij is om heiligheid te openbaren en te plaatsen in een gebied dat tot nu alledaags, niet-heilig, seculier is.
Hoe kan dit worden gedaan? Door de geboden van de Tora, die de praktische wereld betreffen en toch verbinden met de oneindige Goddelijkheid. Iemand verdient geld, dat is zeker een wereldse, alledaagse activiteit. Maar van het geld dat men heeft verdiend, doneert men een deel aan een goed doel. Dit is een gebod van de hoogste orde van heiligheid. Hierdoor is al het geld dat men verdient verheven en verbonden met het goddelijke.
De wetten van de Tora helpen iemand te begrijpen aan welke kant van de stapel stenen men moet zijn. Dus ook doen wat de Tora leert, met name die welke de geestelijke en innerlijke dimensie van de joodse leer uitdrukken. Dankzij het woord "gal", een stapel stenen, dat ook de numerieke waarde (gematria) van 33 heeft, en zinspeelt op de 33e dag van de Omer, de dag van het overlijden van Rabbi Shimon bar Yochai, de beroemde auteur van de Zohar, de bron van de Kabbalistische kant van het Jodendom.
Kennis van de Tora leer, en vooral van hun innerlijk aspect, helpt iemand op zijn of haar weg door het leven en die voorziet in een gevoel van evenwicht. Men weet wanneer vooruit te gaan, en wanneer zich terug te trekken; bijvoorbeeld toen Jacob op zijn eigen grondgebied moest blijven, en wanneer het zijn of haar taak is om het gebied van Laban te betreden en de latente heiligheid en goedheid, die verborgen is in alle bestaan, te onthullen.
Want dit is de echte taak van elke Jood...4)
Voetnoten
2) Genesis 31: 46-53.
3) Rashi op Genesis 31:52.
4) Vrij op basis van de Lubavitcher Rebbe's Likkutei Sichot 3: 794, en Sefer ha-Maamarim Melukat, pp 271-278.
Door Tali Loewenthal
Bron: Dealing with the World.