Een glimp van heiligheid
Historici zijn al heel lang geïntrigeerd door de vraag over het voortbestaan van het Joodse volk. Hoe hebben ze het overleefd, ondanks deze ongunstige factoren zoals uitsluiting uit de maatschappij, uitzetting, vervolging, dat zijn hoogtepunt bereikte in de Holocaust, en zelfs wanneer ze enige vrijheid hebben, het bijkomende probleem van de assimilatie? Wat is de onderscheidende kwaliteit van de Jood en het Jood zijn?
Een aanwijzing daarvoor vinden we in de Tora lezing van deze week, Kedosjiem, 1) zoals deze wordt uitgelegd door de Lubavitcher Rebbe.
De lezing begint met de goddelijke opdracht voor het Joodse volk: "Wees heilig omdat Ik, Hashem je God, heilig ben."
Daarna volgt een serie fundamentele Joodse wetten. De eerste twee zijn de geboden om zijn moeder en vader (in die volgorde) te eren, en om de Sabbat te houden.
We hebben dus drie begrippen: heiligheid, respect voor de ouders en de Sabbat. Volgens de Rebbe, vertellen deze drie ons iets over het fundamentele doel en de aard van het Joodse volk.
In de loop der generaties is er door onze wijzen veel gediscussieerd over het concept van heiligheid. Eén van de conclusies is dat de heiligheid niet wordt uitgedrukt alleen in de "religieuze" aspecten van het leven, zoals het gebed. Heiligheid betreft de dagelijkse activiteiten: het dagelijkse werk, hoe men zich verhoudt tot andere mensen, iemands manier van eten en drinken. 2) In elk detail van het leven is er een glimp van heiligheid.
Hoe kan de Jood dit bereiken? Omdat zich in hem of haar een goddelijke Ziel bevindt, een vonk van pure heiligheid. Gedurende het grootste deel van iemands leven kan deze diep verborgen zijn. Toch kan deze zich plotseling uiten, in tijden van spirituele inspiratie. Verder bestaat de mogelijkheid dat de kwaliteit van heiligheid wordt geopenbaard in de gewone details van het leven.
Misschien bereiken er relatief weinig mensen dit op een authentieke manier. Toch geven ze een voorbeeld voor anderen van wat het betekent om een Jood te zijn.
Hier komen we bij de tweede wet: het concept om onze ouders te respecteren. Dit vertegenwoordigt de gedachte dat heiligheid en spiritualiteit niet iets is dat wordt gereserveerd voor de paar mensen die dat doel bereiken. Zij hebben de plicht om deze aan anderen, te beginnen met hun eigen kinderen, over te dragen. Voor deze taak is de rol van de moeder van het grootste belang. Zij is de eerste om haar jonge kind te doen beseffen dat elk detail van het leven belangrijk is en door God gezegend.
Dit brengt ons bij de derde wet: de Sabbat. Elke week is er een hele dag waarop het alledaagse heilig wordt. Samen eten met je partner en je gezin, het ontvangen van gasten, je ontspannen. Het bevat allemaal de verlichting van de heiligheid van het Goddelijke, dat uitstijgt boven het gewone dagelijkse patroon van het leven van alle dag.
We zien dus door de generaties heen drie integrale componenten in het onderscheidende bewustzijn van de Joden: de zoektocht naar heiligheid in het dagelijkse leven; de noodzaak om te communiceren met je kinderen en anderen, en de prachtige gave van de Sabbat, die dit doel zo volledig uitdrukt. 3)
Misschien is deze bijzondere kwaliteit, ingekapseld in het begin van de parasja van deze week, het innerlijke geheim van ons wezen, die ons heeft geholpen om door de eeuwen heen te overleven. Afgezien van onze vaardigheden in het bedrijfsleven, de wetenschap, de geneeskunde, de technologie, de literatuur, de muziek en de filosofie, is dit onze unieke bijdrage aan de mensheid en de wereld.
Voetnoten
2) Zie Nachmanides' commentaar op Leviticus 19:2.
3) Vrij gebaseerd op Likkutei Sichot vol. 1 pp. 254-256.
Bron: A Glimpse of Holiness door Tali Loewenthal.