De maand Ijar
Ijar is de maand die op de maand nisan volgt. Ijar komt grotendeels overeen met de maand mei. De letters van de maand ijar in het hebreeuws zijn alef, joed, joed en resj. Deze letters staan voor ani Hasjem rofecha. Twee keer een joed is een afkorting van de G-dsnaam. Deze zin betekent: Ik ben HaSjem, je geneesheer. Deze maand heeft een speciale kracht in zich voor genezing, zowel van het lichaam als van de ziel.
De Omertelling
zondag | maandag | dinsdag | woensdag | donderdag | vrijdag | Sjabbat |
---|---|---|---|---|---|---|
nisan 16 Pesach 1 | nisan 17 Pesach 2 | nisan 18 Pesach 3 | nisan 19 Pesach 4 | nisan 20 Pesach 5 | nisan 21 Pesach 6 | nisan 22 7 |
nisan 23 8 | nisan 24 9 | nisan 25 10 | nisan 26 11 | nisan 27 12 | nisan 28 13 | nisan 29 14 |
nisan 30 15 | ijar 1 16 | ijar 2 17 | ijar 3 18 | ijar 4 19 | ijar 5 20 | ijar 6 21 |
ijar 7 22 | ijar 8 23 | ijar 9 24 | ijar 10 25 | ijar 11 26 | ijar 12 27 | ijar 13 28 |
ijar 14 Pesach Sjeni 29 | ijar 15 30 | ijar 16 31 | ijar 17 32 | ijar 18 Lag Ba´omer 33 | ijar 19 34 | ijar 20 35 |
ijar 21 36 | ijar 22 37 | ijar 23 38 | ijar 24 39 | ijar 25 40 | ijar 26 41 | ijar 27 42 |
ijar 28 43 | ijar 29 44 | siwan 1 45 | siwan 2 46 | siwan 3 47 | siwan 4 48 | siwan 5 49 |
siwan 6 wekenfeest 50 |

In de tijd van de omertelling worden er enkele rouwregels in acht genomen. Er worden onder andere geen bruiloften gehouden, er wordt geen muziek beluisterd, er worden geen nieuwe kleren en dergelijke aangeschaft, de mannen laten hun baarden staan en het haar wordt niet geknipt.
De reden voor deze rouw is een droevig verhaal. Hiervoor moeten wij terug in de geschiedenis naar de tijd van de Romeinse overheersing in Israël, en wel ongeveer naar het begin van de tweede eeuw volgens de gewone jaartelling. In deze periode leefde er een belangrijke en grote rabbijn, Rabbi Akiba. Hij had wel 24.000 leerlingen.
Een belangrijk motto dat aan dit verhaal is verbonden en ook op melodie is gezet is dat Rabbi Akiba zegt dat naastenliefde een zeer belangrijke regel in de Tora is.
Helaas zijn al deze leerlingen omgekomen in een plaag. Dat was een grote schok. Ondanks het feit dat deze leerlingen zelf ook grote talmoed-geleerden waren, ontbrak het hen helaas aan wederzijds respect. Slechts enkele leerlingen zijn niet tijdens deze plaag omgekomen, waaronder Rabbi Me'ir (zie voor de foto over zijn graf hierboven) en Rabbi Sjimon bar Jochai. Rabbi Akiba gaf deze leerlingen de waarschuwing mee om zich niet als de eerste leerlingen te gedragen, maar elkaar te respecteren ondanks eventuele meningsverschillen. Rabbi Akiba zelf is door de Romeinen doodgemarteld omdat hij rustig doorging met het studeren van de Tora, hetgeen verboden was door de Romeinen.
Pesach Sjeni, 14 Ijar
Pesach sjeni betekent tweede Pesach. Al diegenen die niet in de gelegenheid waren om het Pesachoffer op 14 nisan te brengen, hebben een tweede mogelijkheid om het Pesachoffer alsnog op 14 ijar te brengen. Soms was er sprake van oponthoud onderweg naar Jeruzalem of er waren die in een onreine staat verkeerden; om al deze mensen ook de gelegenheid te geven om het Pesachoffer te brengen is de tweede Pesach ingesteld. Zie ook Numeri 9: 1-14.
De boodschap van de tweede Pesach is dat er altijd nog een mogelijkheid in het leven bestaat om eventuele tekortkomingen te verbeteren en te corrigeren. Het is tevens de gewoonte om op 14 ijar als herinnering aan de tweede Pesach nog matsa, dat van het Pesachfeest is overgebleven, te nuttigen.
Deze zelfde dag, 14 ijar, is de sterfdag van Rabbi Me'ir, de eerdergenoemde leerling van Rabbi Akiba. Deze Rabbi Me'ir wordt ook wel Rabbi Me'ir ba'al haNes genoemd, hetgeen de wonder rabbi Me'ir betekent. Rabbi Me'ir is een zoon van niet-joden die tot het jodendom zijn overgegaan. De naam Me'ir wijst op hetgeen hij tijdens zijn leven verrichte: hij verlichte de ogen van de wijzen in de halacha, de joodse wetten.
Velen reizen op 14 ijar naar Tiberias, de plaats waar hij begraven is. Er worden kaarsen aangestoken, er worden gebeden gezegd en er gebeuren nog steeds wonderen tot op de dag van vandaag toe. In de joodse traditie is de sterfdag van groter belang dan de geboortedag en dit geldt zeer zeker voor de tzaddikkim, de rechtvaardigen. Van de rechtvaardigen wordt namelijk gezegd dat zij in hun dood (voort)leven.
Lag Ba'omer, 18 Ijar
Op lag ba'omer, dag 33 van de omertelling, hield de plaag van de leerlingen van Rabbi Akiba op en dit is een reden waarom er op deze dag de rouwregels niet in acht worden genomen. Een andere belangrijke reden waarom deze dag een dag van vreugde is, is omdat dit de sterfdag van Rabbi Sjimon bar Jochai, de eerder genoemde leerling van Rabbi Akiba, is.
Rabbi Sjimon bar Jochai is voor de Romeinen gevlucht en hij heeft samen met zijn zoon 13 jaar lang in een grot in Peki'in, in het noorden van Israel, doorgebracht. Hij was gevlucht omdat hij doorging met de Tora studie en hij maakte in het openbaar duidelijk dat de Romeinen niets goeds aan de beschaving hadden toegevoegd. Bij de grot groeide door HaSjems hand een johannesbrood boom en van de vruchten van deze boom kon hij leven. Ook voor een bron werd ter plekke gezorgd. Rabbi Sjimon en zijn zoon studeerden al die 13 jaren onophoudelijk Tora. Zij bereikten enorme hoogten in hun Tora studie en Rabbi Sjimon had het voorrecht om vele verborgen dingen in de Tora te openbaren. Dat alles is opgeschreven in een boek dat de heilige Zohar (licht) wordt genoemd. Het is overwegend in het Aramees geschreven.
Rabbi Sjimon is in Meron, Galilea, begraven. Op lag ba'omer trekken velen op naar Meron om bij het graf van Rabbi Sjimon bar Jochai kaarsen aan te steken, te bidden en om een zegen te vragen voor allerlei aangelegenheden in het leven. Rabbi Sjimon heeft als testament achtergelaten dat op zijn sterfdag men niet bedroefd mag zijn, maar dat deze dag juist in vreugde moet worden doorgebracht. Er worden op deze dag vuren (licht) ontstoken en rondom het vuur wordt er gezongen.
Een ander symbool dat op deze dag gebruikt wordt is de pijl en boog. Dit heeft te maken met het feit dat tijdens het leven van Rabbi Sjimon bar Jochai geen regenboog aan de hemel werd gezien. In het Hebreeuws is het woord voor boog en regenboog hetzelfde. In de joodse traditie is het zien van de regenboog een herinnering aan de zondvloed in de dagen van Noach. De regenboog is daarmee een teken dat wij weer moeten terugkeren naar HaSjem. Het licht van Rabbi Sjimon bar Jochai was tijdens zijn leven zo groot, dat het op de hele samenleving afstraalde.
Geschreven door Jael.